Torres del Paine is een natuurpark aan de rand van de Patagonische ijskap. Gletsjers, bergketens en open toendravlaktes rijgen zich aaneen tijdens een hike op de grens van Argentinië en Chili. Als massieve granieten punten steken de 2.800 meter hoge toppen van Torres del Paine uit boven de grijze steppe.
'Cleopatra's naalden' noemde schrijfster Florence Dixie de toppen in één van de eerste beschrijvingen van het bergmassief in 1880.
Supergletsjer Los Glaciares
Torres del Paine ligt op de rand van de zuidelijke Patagonische ijskap. Het park ligt in Chili, maar is dusdanig dicht bij de grens dat ook vanuit Argentinië grote groepen wandelaars afkomen op de grijze rotspunten en de omliggende steppe.
Vooral in de relatief warme zomermaanden december, januari en februari steken massa's reizigers vlak onder de Los Glaciares en El Calafate de grens over. Veel tours verbinden een bezoek aan de Argentijnse supergletsjer Los Glaciares met een bezoekje Torres del Paine.
Je doet er goed aan het Torres del Paine National Park juist niet in die drukke maanden, maar in november of april te bezoeken. Je moet wel een dikke slaapzak meenemen. Het wordt dan vooral 's nachts al ijzig koud. Maar je hebt het park wel grotendeels voor je alleen.
Weersomstandigheden
Eenmaal in Chili loop je van refugio naar refugio. Dit zijn de campings waar je overnacht. Het zijn vooral de omstandigheden die een wandeltocht door dit zuidelijk grensgebied knap lastig kunnen maken.
Enorme plensbuien vallen zomaar neer uit de hemel. Op sommige plekken loop je tot aan je knieën in de modder of sneeuw. Niet alle bruggen over de gletsjers zijn even comfortabel. En een warme douche 's ochtends of een overheerlijk driegangen menu 's avonds, kun je wel vergeten.
De uitzichten doen je echter vergeten dat je aan het wandelen bent. Grote blauwe meren met lage begroeiing slokken al je aandacht op. Daarachter rijzen de machtige bergen Grand Paine en Los Cuernos op.
Einde van de wereld
Een volledige tocht rond het park kost je zo'n acht tot tien dagen. Je loopt dan langs de helgroene lagunes in de grijze granieten bassins onder de gletsjers. Je wandelt door bossen en over kale vlaktes.
Je beklimt het gletsjerijs. De Patagonische steppe kleurt het begrip 'het einde van de wereld' voor je in. Je voelt aan alles dat je niet minder dan 3.000 kilometer ten zuidwesten van de Argentijnse hoofdstad bent. Ushaia, de zuidelijkste stad ter wereld, is 'maar' een kleine 500 kilometer verder.
Sneeuw en ijs domineren de bergen dan ook. Behalve op de scherpe en puntige toppen, waar de bergwanden zo steil zijn dat zelfs de sneeuw en het ijs er geen houvast weten te vinden.
Tent
Als je het park goed wilt zien, is een tent onontbeerlijk. Alleen aan de rand staat nog een hotel. Eenmaal aan het hiken ben je volledig aangewezen op de eenvoudige refugios. Reserveer in het hoogseizoen altijd je slaapplaatsen vooraf.
Neem verder vooral warme kleren en goede loopschoenen mee. Wees voorzichtig met vuur. In 2005 liet een onvoorzichtige Tsjechische wandelaar nog één vijfde van het hele park in vlammen opgaan toen hij zijn gasbrandertje probeerde aan te doen. Zoiets wil jij natuurlijk niet op je geweten hebben.
Wat is er te doen in Torres del Paine?
- Bekijk de enorme rotsen die hoog de lucht in steken. De grijze punten torenen hoog boven de sneeuw uit, omdat zij zo stijl zijn dat de sneeuw niet blijft hangen.
- Neem de tijd. Een bezoek door het park vergt minstens zeven dagen. Zo kan je een flinke wandeling maken. Bij de bekende zevendaagse hike El Circuito krijg je een goede impressie van het park tijdens spectaculaire uitzichten.
- Ga ijsklimmen. Het is niet niks, maar een bijzondere ervaring. Met een touw zit je aan een ander vast en met je pikhouweel zorg je ervoor dat je niet wegglijdt.
- Vergeet niet om je goed voor te bereiden. Warme wind- en regendichte kleding, goede wandelschoenen, een dikke slaapzak en een tent vormen een goede basis. Daarnaast moet je je altijd registreren als je het park ingaat.
- Peddel in een kayak in de fjorden van Patagonië. Het is misschien koud, maar met warme kleren, een zogenaamd droog pak en actief peddelen blijf je wel warm. Ondertussen vaar je letterlijk tussen de ijsschotsen door.